Vraag en antwoord #5 – 2024: verpleegkundige hervormingen

06-05-2024

Hoe pakken we als verpleegkundigen de vele wetshervormingen praktisch aan in een zeer divers werkveld? Doorheen de komende nummers van Netwerk Verpleegkunde maken we je wegwijs in de vernieuwingen aan de hand van enkele concrete cases. De herziene wetten bieden namelijk positieve handvaten om flexibeler samen te werken en om niet-verpleegkundige taken te delegeren. Zo zetten we verpleegkundigen in volgens hun kwaliteiten en daar waar ze nodig zijn.

De situatie

Roos werkt als verpleegkundige verantwoordelijk algemene zorg (VVAZ) en Arnaud werkt als basisverpleegkundige in een woonzorgcentrum. Zij werken ’s middags samen met logopediste Nour en vrijwilliger Johan. Tijdens het ontbijt grijpt Roos de kans om met een bewoner te praten over vroegtijdige zorgplanning, Arnaud staat in voor de hygiënische zorgen en wondzorg. Aan een andere tafel focust Nour zich op een bewoner met slikstoornissen. Johan helpt intussen nog een andere bewoner zonder slikstoornissen met eten.

Volgens de oude wetgeving

Zonder de nieuwe wetgeving voeren Nour en Johan in principe een strafbaar feit uit, waarvoor Roos als VVAZ en Arnaud als basisverpleegkundige aansprakelijk zijn. Verder heeft Roos geen of onvoldoende tijd om vroegtijdige zorgplanning te bespreken als ze de andere taken op zich moet nemen. Johan mag als vrijwilliger niet zoveel doen, hoewel hij dat wel wil. Nour zou als logopediste in een kunstmatige context moeten werken.

Sinds de nieuwe wetgeving

Door de introductie en wettelijke verankering van het gestructureerde zorgteam kan Roos de activiteiten van Nour op een legale manier laten doorgaan. Het KB rond ADL (Activiteiten uit het Dagelijkse Leven) maken het mogelijk dat Roos bepaalde taken naar Johan delegeert. Het gaat dan om taken die niet beschouwd worden als gezondheidszorg, op voorwaarde dat de zorgvrager of zijn wettelijke vertegenwoordiger daarmee instemt. De arts, VVAZ of basisverpleegkundige oordeelt of de taak mag uitgevoerd worden door een niet-gezondheidszorgbeoefenaar. Dit omvat de volgende hygiënische zorgen bij personen met een ADL-dysfunctie:

  • dagelijkse zorg aan een geheelde stoma zonder wondzorg.
  • vocht- en voedseltoediening bij personen zonder slikstoornissen langs orale weg helpen verrichten.
  • meting van de parameters behorende tot een beperkt aantal biologische functiestelsels: temperatuur, hartslag, bloeddruk, gewicht, saturatie, meting van glycemie door capillaire bloedafname (enkel bij gestabiliseerde diabetici).
  • het spoelen van neus, ogen en oren.
  • het uitvoeren van therapeutische baden, warmte- en koudetherapie.
  • het verwijderen van losse vreemde voorwerpen uit het oog.
  • het toedienen van medicatie oraal (inbegrepen inhalatie), rectaal, vaginaal, via oog- of oorindruppeling, langs percutane weg, overeenkomstig de instructies in de bijsluiter van het geneesmiddel of de instructies van de apotheker of voorschrijvende arts.

Implicaties voor de leidinggevende

Deze handelingen mogen niet zomaar gedelegeerd worden. Als VVAZ moet Roos voorzien in een opleiding voor Nour en Johan. Johan moet bewust gemaakt worden van de signalen om tijdig de VVAZ in te schakelen. Best brengt hij ook Arnaud hiervan op de hoogte. Daarnaast moeten de regels van het gestructureerde zorgteam opgenomen worden in een verslag of staand order. Ook de ADL-handelingen moeten genoteerd worden in een verslag en afgestemd zijn met de zorgvrager.

 

Heb je nood aan een juridisch antwoord op maat? Dit is gratis voor leden van NETWERK VERPLEEGKUNDE. Je stelt je vraag eenvoudigweg via juridisch.advies@netwerkverpleegkunde.be en de juridische adviesgroep NETWERK VERPLEEGKUNDE gaat voor jou op zoek naar het antwoord.