Bepalen van de interne lengte van de nasogastrische sonde

06-05-2024

De neus-oorlel-xiphoïd (NEX) afstand is de meest gebruikte methode voor het bepalen van de interne lengte van de nasogastrische (NG) sonde, maar is inadequaat en wordt niet ondersteund door evidentie[1]. In een recente gerandomiseerde, gecontroleerde studie werd een alternatief voorgesteld, de gecorrigeerde neus-oorlel-xiphoïd afstandsformule (coNEX-methode): (neus-oorlel-xiphoid afstand × 0.38696) + 30.37 + 6 cm (Torsy et al., 2020), die al getest werd in een observationele efficacy studie. De toepasbaarheid van de coNEX-methode in de klinische praktijk is echter onzeker.

Doelstelling

Deze studie had tot doel de klinische effectiviteit van de coNEX-methode in het bepalen van de interne lengte van de NG-sonde bij volwassen patiënten, opgenomen op hospitalisatie en intensieve zorgen afdelingen, te beoordelen.

Methode

Tussen oktober 2020 en november 2022 werden 358 volwassen patiënten die een NG-sonde nodig hadden in een algemeen ziekenhuis in België geïncludeerd. De primaire uitkomstmaat bestond uit de tippositie, bepaald door de verpleegkundig specialist (VS) nutritie, aan de hand van een RX-thorax. De secundaire uitkomstmaten, verkregen uit een gerandomiseerde substeekproef van honderd participanten, waren de helderheid van rapporteren en de tippositie bepaald door de beoordelend radiologen.

Resultaten

De tip van de NG-sonde, beoordeeld door de VS nutritie, was in alle gevallen correct gepositioneerd (> 3 centimeter onder de onderste slokdarmsfincter). In de gerandomiseerde substeekproef van honderd patiënten werd 37,0 procent van de NG-sondes niet of dubbelzinnig gerapporteerd door de beoordelend radioloog. De radiologen hanteerden daarenboven negen verschillende omschrijvingen voor de definiëring van de goede positie van de NG-sonde.

Conclusie

De tip van de NG-sonde, beoordeeld door de VS nutritie, was in deze klinische effectiviteitsstudie in alle gevallen correct gepositioneerd. Dit ligt in lijn met de eerder uitgevoerde prospectieve observationele efficacy studie van Torsy et al. (2020). De coNEX-methode heeft bijgevolg het potentieel om zich te ontpoppen tot een veiliger alternatief voor het bepalen van de inwendige lengte van NG-sondes in vergelijking met bestaande methoden. Uit de gerandomiseerde, gecontroleerde studie van Torsy et al. (2018), waarin de NEX-methode vergeleken werd met de Hanson-formule, bleek namelijk dat beide methoden bij meer dan twintig procent van de patiënten de vereiste in te brengen lengte voor een correcte plaatsing onderschatten (< 3 cm onder de onderste slokdarmsfincter).

Ook het hoge percentage niet of dubbelzinnige rapportage door de beoordelend radiologen en de grote variatie in definiëring van de goede positie van de NG-sonde pleiten voor een meer gestructureerde verslaggeving over de positie van de NG-sonde op een RX door radiologen, bijvoorbeeld aan de hand van een checklist.

[1] Chen et al., 2014; Santos et al., 2016; Torsy et al., 2018.

In 2021 behaalde Eva De Lange haar bachelordiploma verpleegkunde. In 2023 voegde ze daar een masterdiploma verpleegkunde, met afstudeerrichting verpleegkundig specialist, aan toe. Als onderwerp voor haar masterproef koos ze voor de correcte plaatsing van een nasogastrische sonde. Een vaak toegepaste, maar niet-risicovrije verpleegtechnische verstrekking. Met deze masterproef sleepte ze zowel de prijs Alumni Verpleegkunde en Vroedkunde als de prijs van de Vereniging van Vrienden van de Biomedische Bibliotheek aan Universiteit Gent in de wacht.